Oude meesters en kunstacademie Minerva
Henk Helmantels contact met de beeldende kunst bestond aanvankelijk uit zwart-wit reproducties, die in bladen als "De Spiegel" stonden. Zijn eerste echte confrontatie met de oude meesters vond plaats in 1960, toen hij vijftien jaar was. Een oud-predikant van Westeremden, dominee Nomen, nodigde hem uit om een week in Wormerveer te logeren. Met fiets en al liftte Helmantel op een vrachtwagen naar Wormerveer, vanwaar hij dagelijks naar het Rijksmuseum vertrok. "Ik heb daar urenlang zitten kijken....dat was voor mij een openbaring..."
Van 1961 tot 1965 bezocht hij de kunstacademie Minerva in Groningen. Hij kwam hier in meer dan één opzicht in een volstrekt andere wereld terecht. De wijze waarop in het gezin Helmantel het geloof in praktijk werd gebracht, de wekelijkse kerkgang en het gereformeerde leven als geheel hadden hem niet, als zovele leeftijdgenoten, van het geloof vervreemd. Het waren belangrijke factoren geweest in zijn eigen groei naar de aanvaarding van het christelijk geloof. Dit geloof werd door de meeste leerlingen en docenten als overbodig en verjaard verklaard. Daarbij kwam dan ook nog zijn liefde voor de oude schilderkunst. Sommige leraren deelden die liefde, anderen wilden - in navolging van de ontwikkeling der moderne kunst - met deze traditie radicaal breken. Vele medeleerlingen deelden dit verlangen, deze hang naar een volstrekt nieuwe stijl, zonder "de ketenen der traditie". Dat het verlangen naar iets nieuws wel degelijk boeiende kunst kan voortbrengen, ontkent Helmantel niet. Mondriaan en Malewitch, Karel Appel en Mark Rothko zijn voor hem voorbeelden van kunstenaars die in hun zoektocht naar nieuwe vormen met boeiende resultaten zijn gekomen. Maar wanneer die resultaten tot de maatstaf van alle hedendaagse kunst wordt gemaakt, of wanneer een kunstwerk niet meer mag worden beoordeeld met objectieve maatstaven als compositie, kleurstelling enzovoort, dan verwordt Moderne Kunst tot een ideologie.
"Terugdenkend aan de academietijd ben ik daar positief over. Een zinvolle opleiding en, heel belangrijk, het nadenken en het bespreken van 'kunst' met docenten en studenten is van essentieel belang voor mijn eigen vorming geweest."
Internationale belangstelling
Ondertussen is Helmantel gewoon een schilder van de eenentwintigste eeuw. U kunt dat zelf constateren door te kijken en te vergelijken. Hij mag inspiratie putten uit het werk van illustere voorgangers, hij mag graag oude voorwerpen met een "verleden" schilderen; zijn werk is gemaakt door een schilder die in de twintigste eeuw zijn opleiding en vorming heeft gehad. Zijn werk vindt in brede kringen en internationaal grote waardering.
Een hoogtepunt was een tentoonstelling in 2018 in Taiwan, waar honderd werken uit zijn eigen collectie in een fraai museum tentoongesteld werden. Voorts waren er tentoonstellingen in de USA, in Duitsland, Italië, Engeland, België en Tsjechië. In Nederland vonden vanaf 1967 talloze tentoonstellingen plaats in kleine en grote musea. Jaarlijks trekken in de zomer duizenden mensen naar Westeremden om te genieten van Museum Helmantel in de prachtige Weem, de tuinen er omheen, de oude Andreaskerk en het tentoongestelde werk uit eigen collectie.